Bij asielhonden staat altijd ‘Kan in de auto: Ja’ of ‘Kan in de auto: Nee’. Over trein of fiets wordt nooit gerept. Nou heb ik geen asielhond. Dus heb ik het Rufus zelf als pup kunnen aanwennen. Auto vindt hij heerlijk, fietsmand prima, naast de fiets leuk en de trein vond hij altijd ok. Tot het fatale ritje naar Ermelo.
Diesel uit 1824
Het moet een weddenschap zijn geweest. Conducteur A tegen conducteur B: ‘Durf jij die antieke diesel uit 1824 nog uit de schuur te halen?’ Het leek wel een te gek avontuurlijke vakantie tussen locals in een ontwikkelingsland met 55% overlevingskans. Je kon elkaar amper verstaan. De locomotief rammelde en de coupĂ©’s kraakten of ze braken. Zelf kon ik er wel om lachen. Ik heb toch al een tamelijk lang, goed leven achter de rug, maar Rufus trilde, piepte, gaapte en haalde jachtig adem. Ermelo zelf maakte niet veel goed.
Sindsdien zet hij zich schrap als we het perron op lopen.
Ik ben benieuwd wat de NS van plan is eraan te doen.