Een mooiere grafsteen dan Piet

Broer D. pakt de schop uit de achterbak, geen idee of het normaal is om met zo’n schop rond te lopen op een begraafplaats. Je kan zomaar iemands resten opgraven, nergens een beheerder te bekennen die daar een stokje voor steekt.
Ik draag de pot met lavendel en zo lopen we met mijn moeder tussen ons in de begraafplaats op door het grind. Overal in Aalsmeer ligt grind, valt me op. Vast om te voorkomen dat vliegtuigen te ver doorglijden als ze een noodstop in je achtertuin maken.

Vliegengordijn
We komen rechtstreeks van mijn moeders huis waar we een koelkast naar de schuur hebben versleept. Aan de muur van de schuur hangen honderden haakjes met tangetjes, knijptangen, bouten, moeren en schroevendraaiers in alle soorten en maten, een collectie die mijn vader in jaren op heeft gebouwd. Boven de keukendeur heeft hij een schroefsysteem opgehangen, waar nooit het vliegengordijn waarvoor de schroeven bedoeld waren in heeft gepast. Hij stierf als een onhandige man.

pude horloges en prehistorisch scheerapparaat
De horloges in zijn leven

Allemansvriend
Het is al gezellig druk rondom mijn vaders steen met typisch Aalsmeerse namen als Eveleens en Piet. Mijn moeder wijst op mensen die ze kent, met de een heeft ze nog op een koor gezeten en een ander is een buurvrouw van een kennis. Bij mijn vaders linker onderbuurman staat: ‘Op adelaarsvleugels’. Op een kruis: ‘Piet. Allemansvriend.’
Wij hadden steeds gezegd dat het ons niet uitmaakte wat er op de steen stond of wat voor steen het was. Mijn vader zit meer in de gereedschapshaakjes en het grote bureau op zijn werkkamer waar hij preken tikte te midden van robuuste theologische werken dan op de begraafplaats, vind ik.

Oud pennenbakje met laadjes
Mijn oude pennenbakje stond nog altijd op zijn bureau

Hunebed
Uiteindelijk zaten mijn zus en ik met mijn moeder rond de tafel met een man in zwart die twee loodzware koffers met voorbeelden van stenen van zijn auto door het grind naar de voordeur had gesleept en maakte het ineens wel wat uit. Liefst hadden mijn zus en ik een Drents hunebed, maar dat was geen optie. Als de steen maar niet zwart was en glom, dachten we toen, tot ik nog maar één steen wilde en die is het geworden.

Voor het lettertype haalde mijn zus een preek van mijn vader uit zijn studeerkamer, eentje met een tekst over superieure christenen waarvan we maar hoopten dat hij die geschreven had toen hij al flink in de war was, in Times New Roman. Gelukkig geen Comic Sans. Ik bedacht ‘liefdevolle herinnering’, mijn moeder stond voor de Bijbeltekst en gevouwen handen en klaar was het ontwerp.

Wat lacherig zet D. de schop in de grond naast de grafsteen van mijn vader, in de hoop dat hij niet op iets hards stuit. Als het gat groot genoeg is, laten we de lavendelplant erin zakken. Mijn moeder geeft hem water. Keurend staan we voor het graf. Mooier dan die van de anderen, denk ik, alsof dat een mens na zijn dood toch nog even belangrijker maakt dan de rest.
Hopelijk gaan de buren niet klagen.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *